State of the European Union: meer holle beloften over een wereldwijde COVID-19 vaccin gelijkheid?
In haar State of the European Union-toespraak van 15 september heeft de voorzitter van de Europese Commissie, Von der Leyen, nogmaals het belang onderstreept van wereldwijde toegang tot vaccins voor het beëindigen van de COVID-19-pandemie. Betekent dit dat de woorden van de EU eindelijk zullen worden omgezet in daden? Of is haar toespraak gewoon een nieuwe loze belofte?
Sinds april 2020 verkondigen EU-functionarissen dat "niemand veilig is totdat we allemaal veilig zijn", en beloven ze "een werkelijk uniek, wereldwijd publiek goed te creëren". Tot nu toe waren hun woorden echter weinig meer dan gebakken lucht. Meer nog, de EU heeft consequent voorstellen voor een rechtvaardige productie, levering en distributie van vaccins en geneesmiddelen ondermijnd. En hoewel de EU zich sterk maakt rond toezeggingen over het doneren van vaccins, is slechts een fractie van de benodigde doses gedeeld.
“De EU profileert zich graag als een voorvechter van vaccingelijkheid”, zegt dr. Christos Christou, voorzitter van Artsen Zonder Grenzen. “Maar de kloof tussen die mooie woorden en haar daden is beschamend groot. De EU blijft initiatieven blokkeren om andere landen te helpen hun eigen vaccins en therapieën te produceren en heeft de beloofde vaccindoses niet op tijd gedeeld. Als gevolg daarvan kampen veel landen met dramatische tekorten aan COVID-19-vaccins. In lage-inkomenslanden heeft slechts 1,1 procent van de bevolking minstens één dosis gekregen.”
De EU is een van de belangrijkste financiële supporters van COVAX, het wereldwijde inkoopmechanisme gericht op de aankoop, levering en eerlijke distributie van COVID-19-vaccins. Maar door vooraf miljarden doses COVID-19-vaccins buiten COVAX te boeken, hebben de EU en andere landen met een hoog inkomen het mechanisme buitenspel gezet. Als gevolg hiervan heeft COVAX geen aankoopopties meer en is het sterk afhankelijk van ad-hoc liefdadigheidsdonaties van doses. En de weigering van de EU om vaccins die zijn geproduceerd in lage- en middeninkomenslanden – ondanks dat ze goedgekeurd zijn door de WHO – te erkennen voor haar ‘digitale COVID-19-certificaat’ verergert de bestaande wereldwijde ongelijkheid en vaccin-wantrouwen.
Terwijl de EU overeenkomsten heeft gesloten voor tot 4,5 miljard doses voor haar eigen bevolking van 450 miljoen mensen (wat neerkomt op tien doses per inwoner), heeft COVAX slechts 250 miljoen vaccins verdeeld - van het oorspronkelijke doel van twee miljard doses - aan lage en middelinkomenslanden. En hoewel de EU onlangs haar toezegging heeft opgevoerd om 250 miljoen vaccindoses te delen, voornamelijk via COVAX, is vier maanden voor het einde van het jaar nog steeds meer dan 90 procent van deze doses niet gedoneerd.
De EU verwerpt ook initiatieven die de productie van vaccins en geneesmiddelen wereldwijd zouden kunnen maximaliseren en diversifiëren. Ze heeft het delen van technologieën en intellectuele eigendomsrechten noch onderhandeld, noch geëist als onderdeel van haar financierings- en aankoopovereenkomsten voor COVID-19-vaccins en -therapieën. Zij heeft geen openlijke steun verleend aan initiatieven van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) voor het vrijwillig delen van deze technologieën en intellectuele eigendomsrechten.
Maar bovenal bekend is dat de EU een van de belangrijkste tegenstanders is van de zogeheten “TRIPS-waiver”. Ze heeft het onderhandelingsproces van dit voorstel (om landen toe te staan bepaalde intellectuele-eigendomsrechten tijdelijk op te heffen om levensreddende medische hulpmiddelen tegen COVID-19 zoals vaccins te kunnen produceren) bij de Wereldhandelsorganisatie actief ontspoord. De EU doet nu nieuwe grote beloften over de ondersteuning van de productie van vaccins in Afrika. Echter, zonder duidelijk het technologiemonopolie aan te pakken, leidt de productie van vaccins alleen niet noodzakelijk tot een betere toegang voor het continent. Het recente voorbeeld van een Zuid-Afrikaans bedrijf dat het Johnson & Johnson-vaccin produceert om aan Europa te leveren, heeft duidelijk de tekortkoming van een dergelijke aanpak aangetoond.
“De EU lijkt vastberaden om de belangen van haar eigen farmaceutische industrie te laten primeren op het mogelijk maken van de grootste gezondheidsvoordelen en te beantwoorden aan de wereldwijde medische behoeften veroorzaakt door de pandemie, inclusief die van haar eigen burgers”, zegt dr. Christou. “Als gevolg hiervan blijft een groot deel van de wereldbevolking niet gevaccineerd, waardoor mogelijk nieuwe varianten van het virus kunnen ontstaan. Dat kan de werkzaamheid van vaccins ondermijnen. De varianten kunnen zich ook naar Europa en daarbuiten verspreiden, waardoor er nog meer nood zal zijn om tegelijkertijd toegang tot geneesmiddelen te garanderen. ”
De EU moet het toegankelijk maken van COVID-19-vaccins waar ze nodig zijn eindelijk au serieux nemen. De dringende prioriteiten zijn:
- Stop met het blokkeren van de TRIPS-waiver bij de Wereldhandelsorganisatie (WTO).
- Zorg ervoor dat COVID-19-vaccintechnologieën worden gedeeld met potentiële producenten in lage- en middeninkomenslanden via de WHO-hub voor de overdracht van mRNA-vaccintechnologie.
- Bied financiële en technische ondersteuning voor de wereldwijde diversificatie van productie en bevoorrading.
- Versnel dringend de overdracht van vaccins door de EU-lidstaten naar COVAX en naar lage- en middeninkomenslanden.